Een blogger en webwinkeleigenaresse plaatst in 2013 op een van haar blogs, met Google Ads en verwijzingen naar haar webwinkel, een tekst met foto uit het werkstuk van haar dan 9-jarige dochter. Nadat ze in 2017 door Permission Machine hierover wordt aangeschreven, verwijdert ze de foto meteen. Ze weigert echter ook maar enige schadevergoeding te betalen, omdat ze niet vooraf is gewaarschuwd, haar website geen commercieel doel heeft en het bedrag niet het bedrag kan zijn dat de fotograaf werkelijk hiervoor ontvangen zou hebben. Het wordt een rechtszaak, met de bedoeling een principiële uitspraak van de kantonrechter uit te lokken.
Geen misbruik van recht
Het is een verdienmodel om inbreuken op het auteursrecht op te sporen, wordt wel eens gezegd. Fotografen en beeldbanken kunnen of willen die opsporing en handhaving niet altijd zelf doen. Ze schakelen dan andere partijen in om dat voor hen te doen, zoals Permission Machine.
Volgens de gedaagde in deze zaak was dat misbruik van recht. De schadevergoeding en overige bedragen zouden namelijk alleen ten goede komen aan de juristen en tussenpersonen, maar niet aan de werkelijke maker van de foto zelf.
De kantonrechter maakt hier snel korte metten mee: “Van misbruik van recht kan krachtens het bepaalde in artikel 3:13 lid 2 BW slechts dan sprake zijn indien iemand zijn rechten inzet met geen andere doel dan de ander te schaden of met een ander doel dan waarvoor die rechten zijn verleend […] Het enkele feit dat daarbij sprake is van een verdienmodel wettigt evenmin de conclusie dat sprake is van misbruik van recht. Daarbij zij opgemerkt dat het aan de auteurs zelf is, dan wel de toezichthoudende organen, er op toe te zien dat de kosten daarvoor redelijk blijven.”
Geen auteursrecht op de foto?
De drempel voor auteursrecht op een foto is heel erg laag. Twee keer eerder heeft een Nederlandse rechter gevonden dat er geen auteursrecht op een foto rustte, omdat de creativiteit ontbrak.
Toegegeven, beide geen fotografische hoogstandjes.
Gedaagde is van mening dat er op de foto met de legbatterijkippen ook geen auteursrecht rust. Het is slechts een momentopname, het is een zo natuurgetrouw mogelijke weergave, er is niets in scene gezet en de foto zou zich niet onderscheiden van andere foto’s van legbatterijen.
De rechter: “De door [gedaagde] genoemde omstandigheid dat de kippen niet hebben geposeerd, het niet in scene is gezet – hetgeen bij kippen ook lastig lijkt – betekent nog niet dat geen sprake kan zijn van creatieve keuzen door de fotograaf.”
Gedaagde heeft laten zien dat er nog veel meer foto’s van legbatterijen zijn, met het idee daarmee aan te tonen dat al die foto’s op elkaar lijken. Volgens de rechter lijken ze slecht op elkaar omdat het onderwerp hetzelfde is en zijn de creatieve keuzes dus wel anders geweest.
Eiser heeft juist de serie foto’s laten zien waar de ‘probleemfoto’ uit voortkomt. “Naar het oordeel van de kantonrechter maakt de weergave van de foto op die productie voldoende aannemelijk dat inderdaad sprake is geweest van vooraf bewust gemaakte keuzen in gebruikte camera(instelling), invalshoek en belichting, waardoor een bepaalde sfeer ontstaat, zeker bij het aanzien van de serie, die zich onderscheidt van andere toevallige fotoopnames van een legbatterij.”
Op de foto rust dus gewoon auteursrecht. Het verveelvoudigen en openbaar maken daarvan op een andere website, is in beginsel gewoon een inbreuk waarvoor schadevergoeding betaald moet worden. Tenzij er natuurlijk gebruik gemaakt kan worden van een beperking op het auteursrecht.
Incidentele verwerking?
Gedaagde noemt het de ‘bagatel-regeling’. Waar het om gaat is echter de ‘De-Minimus’ bepaling van artikel 18a Auteurswet, ook wel bekend als de incidentele verwerking. Dat is eigenlijk een soort ‘toevallige’ verwerking van het ene werk in het andere werk. Wordt het ene werk bewust gebruikt in een ander werk, dan kun je al geen beroep meer doen op deze beperking.
In dit geval was de foto gebruikt in een werkstuk van de 9-jarige dochter van gedaagde. Gedaagde heeft vervolgens dat werkstuk (of een deel daarvan) in elk geval ook deze foto, op haar eigen website gepubliceerd. Bewust dus. Dat blijkt ook wel uit de tekst die kennelijk op die website bij de foto heeft gestaan:
“De legbatterijkip zit in een hele kleine ruimte. En daar moeten ze maar eieren leggen. Zelf vind ik het heel zielig. Help de dieren in de vee-industrie”
Geen bron voor de plaatjes, sorry. Die heeft ze gevonden op internet.
Dat de blogpost, waarin de foto is gebruikt, misschien niet zo vaak is bekeken doet niet ter zake.
Hoe hoog is de schade?
In Nederland moet de werkelijk geleden schade vergoed worden. De schadevergoeding mag dus in principe niet hoger zijn dan dat.
Eiser sluit aan bij de tarieven van Foto Anoniem, voor het gebruiken van de foto voor de duur van één week. De foto stond van 2013 tot en met 2017 online.
De schade mag op meerdere manieren bepaald worden. Eiser kan aantonen wat de werkelijke schade is, maar de rechter mag ook zelf forfaitair de schade bepalen. Dat laatste doen kantonrechters veel wanneer de gevorderde schadevergoeding te hoog is of wanneer de werkelijke schade lastig is vast te stellen.
Gedaagde heeft verweer gevoerd tegen de hoogte van de gevorderde schadevergoeding:
- Zou nooit dit bedrag als licentievergoeding betaald hebben
- De foto is al oud, dus de waardevermindering is niet reëel
- Opgevoerde kosten zouden het karakter hebben van een boete
- De foto is na aanschrijven meteen verwijderd
- Het stond op een persoonlijke weblog
- De foto had in 2013 aangekocht kunnen worden voor een bedrag tussen de €1,- en €10,-
De kantonrechter vindt de website een commerciële website, vanwege de Google Ads die erop geplaatst zijn. De kantonrechter vertrouwt er niet op dat er maar 80 pageviews zouden zijn geweest, omdat de site 1400 bezoekers per maand trekt.
Dat specifiek deze foto, voor dit soort gebruik, eerder tegen een ander tarief in licentie genomen had kunnen worden, werd niet voldoende onderbouwd. Ofwel: het is wel gezegd, maar echt bewijs is daarvan niet geleverd. Eiser heeft wel gemotiveerd betwist dat deze foto voor een lager bedrag in licentie verkrijgbaar zou zijn geweest.
De kantonrechter kiest er daarom voor om de schade forfaitair vast te stellen. De gevorderde schadevergoeding, €214 + 50% voor opsporingskosten en vermindering van de exclusiviteit, wordt door de kantonrechter aanvaard.
Wat door eiser normaal gevraagd wordt is immers niet boven tafel gekomen, terwijl gedaagde niet voldoende heeft onderbouwd waarom het slechts €10,- zou moeten zijn en de gevraagde vergoeding conform de tarieven van Foto Anoniem niet onredelijk hoog is.
Dan maar klakkeloos betalen?
Moet je dan maar meteen betalen wanneer je een brief krijgt dat je inbreuk hebt gemaakt op het auteursrecht? Nee, dat niet. Controleer altijd of er werkelijk sprake is van een inbreuk.
Hoe je daarmee om moet gaan heb ik al eens beschreven in een blogpost: Wat moet je doen als je een vordering tot schadevergoeding krijgt?
Meer weten over standpunt en mening van gedaagde? Lees haar blogposts of deze.De volledige uitspraak lees je op rechtspraak.nl