Het auteursrecht geeft de maker het uitsluitend recht om zijn werk openbaar te maken en te verveelvoudigen, behoudens beperkingen bij de wet gesteld. Een van die beperkingen is de privékopie. De digitale variant daarvan is de thuiskopie.
Privékopie
Het woord zegt het eigenlijk al een beetje. Het is een kopie dat je voor jezelf maakt. De kopie mag daarom alleen door een natuurlijk persoon worden gemaakt. Een natuurlijk persoon mag ook ten behoeve van zichzelf de opdracht geven aan een derde om de kopie te maken. Denk aan een copyshop waar je een paar pagina’s voor jezelf zou laten kopiëren.
Eigen oefening, studie of gebruik
De kopie mag er alleen zijn voor eigen oefening, studie of gebruik. Dat wil zeggen dat je het niet voor een ander mag kopiëren en ook dat je er geen direct of indirect commercieel oogmerk mee mag hebben. Het is dus niet de bedoeling dat je eraan zult verdienen.
Alleen verveelvoudigen, dus niet openbaar maken
Een beperking op het auteursrecht is voor de auteursrechthebbende natuurlijk niet zo tof. Daarom is het aan strikte regels gebonden. Zoals dus het alleen voor jezelf kopiëren en er geen commercieel doel mee nastreven. Om diezelfde reden is het bij de privékopie ook niet de bedoeling dat je het werk openbaarmaakt. Je mag iets voor jezelf namaken, maar je mag dat niet publiceren. Je mag het dus niet laten zien op Facebook, niet opnemen in je portfolio, niet bij een tentoonstelling in de collectie voegen en wat je nog meer kunt verzinnen.
Geen zakelijk gebruik
Er bestaat niet zoiets als een privékopie voor ondernemers en bedrijven. Het heet immers een privékopie, dus voor privégebruik, dat is geen zakelijk gebruik. Zo simpel kan het soms zijn.
Niet aan derden geven
Wat je als privékopie gemaakt hebt, mag je niet aan en ander geven. Je mag het al niet verkopen, omdat je dan een commercieel belang hebt, maar je zou het dus ook niet aan je oma mogen geven. Stop het ergens in een donkere doos, zodat je later er wel nog naar terug kunt kijken, maar weggeven mag niet. Het mag dus eigenlijk ook niet later op een tweedehands markt verkocht worden of opgekocht worden door een opkoper die je zolder leeg komt halen wanneer je gaat verhuizen.
We leren door te kopiëren
Kinderen leren lopen en praten door ouders en broertjes en zusjes na te doen. Je kunt heel veel leren over bepaalde stijlen en technieken door bestaande kunstwerken na te maken. Dat is precies waar deze regeling voor is bedoeld. Leren door na te maken. Omdat het nu eenmaal een kopie is, mag je het werk alleen niet verkopen of weggeven. Het is alleen een recht om te kopiëren, niet om na te maken. Je kunt het daarom niet met trots aan anderen vertonen. Dan zul je eerst op basis van wat je geleerd hebt iets eigens moeten maken.
Thuiskopie
De thuiskopie is het zusje van de privékopie. Het gaat dan om kopieën van werken die je ten gehore kunt brengen, kunt vertonen of weergeven. Dat is dus vooral alles dat digitaal is, zoals muziek, films en e-books. Die sla je op een drager op. Tegenwoordig zijn dat computers, USB-sticks, MP3-spelers, e-readers en eventueel nog CD’s en DVD’s. Vroeger waren dat ook gewoon de analoge cassettebandjes. Als je zo’n drager koopt betaal je daarover een extra vergoeding, de zogenaamde thuiskopie-heffing, omdat het idee is dat je deze dragers zult gebruiken voor een thuiskopie en voor die thuiskopie een vergoeding verschuldigd is.