Een schrijver is de maker en auteursrechthebbende van een boek. Om dat boek op de markt te brengen werkt een schrijver vaak samen met een uitgeverij.
Ze sluiten samen een uitgeefcontract, waarbij de schrijver aan de uitgeverij een licentie geeft om het boek uit te mogen geven. Vaak worden daarbij ook meteen een aantal andere afspraken gemaakt, bijvoorbeeld over exclusiviteit, vertalingen, redactie en soms ook over merchandise.
Over het doen van grote aanpassingen worden meestal geen (concrete) afspraken gemaakt. Wat mag een uitgever daarin dan zelfstandig bepalen en hoe gaat dat als de auteur is overleden?
Wijzigen van een werk = persoonlijkheidsrecht
Een auteur heeft persoonlijkheidsrechten. Dit is het meest bekend van het recht op naamsvermelding.
De persoonlijkheidsrechten zijn eigenlijk vooral verbodsrechten. Het is dus niet het recht op naamsvermelding, maar het recht om je te verzetten tegen het niet vermelden van jouw naam bij jouw werk.
Zo is een van de rechten ook het verzetten tegen het wijzigen van het werk, tenzij dat verzet onredelijk zou zijn.
Daarnaast is er nog het recht om te verzetten tegen elke misvorming, verminking of andere aantasting van het werk, als dat de eer en goede naam van de maker aan zou tasten.
Persoonlijkheidsrechten gaan niet automatisch naar erfgenamen
Zoals de auteursrechten, dat wil zeggen de exploitatierechten daarvan, automatisch overgaan op erfgenamen, is dat niet het geval met persoonlijkheidsrechten.
De persoonlijkheidsrechten gaan na het overlijden van de maker over naar de ‘bij uiterste wilsbeschikking aangewezene’.
Als het gaat om het aanbrengen van wijzigingen, mogen deze aangewezenen (laten we ze voor het gemak maar wel de erfgenamen noemen) alleen wijzigingen aanbrengen wanneer redelijkerwijs aannemelijk is dat de maker die wijzigingen zou hebben goedgekeurd.
Mogelijk vervallen persoonlijkheidsrechten
Is er geen sprake van een aangewezene, door middel van testament of codicil, dan vervallen de persoonlijkheidsrechten en is het dus alsof deze niet bestaan.
De erfgenamen hebben wel nog steeds de overige auteusrechten, de zogenaamde exploitatierechten. Een daarvan is het recht op verveelvoudiging, waar ook het recht op het wijzigen van het werk valt. Via die weg kunnen erfgenamen dus alsnog wijzigingen van een werk tegengaan, ookal hebben zij geen zeggenschap over de persoonlijkheidsrechten.
Wijzigingen alleen met instemming auteur, tenzij
Een boek wijzigen mag dus alleen met instemming of toestemming van de schrijver van dat boek.
Kleine wijzigingen zijn wel altijd toegestaan. De redelijkheid verzet zich ertegen om die wijzigingen niet toe te staan.
De vraag die volgt is wat dan een kleine wijziging is. Uiteraard zijn het herstellen van onbedoelde taalfouten kleine wijzigingen. Wellicht is het vervangen van in onbruik geraakte woorden ook als kleine wijziging te zien.
Voor grotere wijzigingen is altijd de toestemming van de auteur nodig. En als deze is overleden, dan zullen de erfgenamen in de geest van de auteur moeten bepalen of een wijziging is toegestaan of niet.
In de praktijk betekent het natuurlijk dat als een auteur is overleden dat de aangewezen erfgenamen bepalen of een wijziging is toegestaan of niet. Of dat nu in de geest van de oorspronkelijke auteur is of niet. Het zijn immers de erfgenamen die voor de auteur op zouden moeten komen. Dus bij een schending van deze regel, kan er nauwelijks iemand zijn die zich daartegen zal verzetten.
Uitgever mag niet zomaar wijzigingen aanbrengen
Een uitgever mag dus niet zelfstandig wijzigingen in een boek aanbrengen, als daar vooraf, bijvoorbeeld in het uitgeefcontract, geen afspraken over zijn gemaakt.
Alleen kleine wijzigingen kunnen zonder expliciete instemming van de schrijver worden doorgevoerd.
Grotere wijzigingen en toevoegingen kunnen alleen mét instemming van de schrijver of diens erfgenamen.
Mogen boeken van Roald Dahl wel gewijzigd worden?
Als we dit beoordelen naar Nederlands recht, dan zouden de wijzigingen in overeenstemming moeten zijn met hoe Roald Dahl over dit soort wijzigingen zou denken.
Sjakie zou oorspronkelijk een zwarte jongen zijn geweest, maar heeft Dahl aangepast nadat zijn uitgever zei dat het anders niet goed zou verkopen. De Oompa Loompa’s zouden oorspronkelijk uit Afrika komen, werden later al aangepast naar mannetjes met witte huid en blond haar en werden later simpelweg de kleine mannetjes. Allemaal wijzigingen die nog tijdens het leven van Roald Dahl zijn doorgevoerd. De wijzigingen voerde hij in eerste instantie wel met tegenzin door.
Overigens heeft hij altijd al kritiek gekregen op zijn boeken. Het werd in de jaren 70 van de vorige eeuw al sadistisch, misselijkmakend en ongevoelig genoemd. Hij heeft op basis daarvan zijn boeken nooit aangepast.
Om dus in de geest van Roald Dahl te kunnen blijven, is het wellicht geen probleem dat ‘female’ wordt veranderd in ‘woman’, of dat de Oompa Loompa’s geen kleine mannen, maar kleine mensen worden genoemd. Maar het veranderen van rijmpjes zoals “Aunt Sponge was terrifically fat / And tremendously flabby at that,” en “Aunt Spiker was thin as a wire / And dry as a bone, only drier,” naar “Aunt Sponge was a nasty old brute / And deserved to be squashed by the fruit,” en “Aunt Spiker was much of the same / And deserves half of the blame,” gaat wellicht wel te ver. Net zoals het toevoegen van zinnen en alinea’s, zoals het toevoegen van “There are plenty of other reasons why women might wear wigs and there is certainly nothing wrong with that,” na een stuk over dat de heksen kaal zijn en pruiken dragen.
De auteursrechten worden beheerd door The Roald Dahl Story Company, en de wijzigingen in de Britse edities van het boek, zijn in samenspraak met hen gedaan. Dus ook als de uitgever niet zelfstandig wijzigingen door mag voeren, omdat ze daar te groot voor zijn, hebben ze de instemming van de beheerder dan de auteursrechten, die geacht wordt in het gedachtegoed van Roald Dahl te handelen.
Lees meer over de wijzigingen in de boeken van Roald Dahl bij The Guardian, Trouw en NRC.